Met nieuwe ogen kijken naar het oude verhaal


Joke Forceville-van Rossum:
'Kerstmis Anno-Nu. Eigentijds geloven in het Kind'

Verontruste cultuur-behoeders maken zich druk over de concurrentie die de Kerstman Sinterklaas schijnt aan te doen, de kerstshows en kerstmarkten draaien ergens halverwege november al op volle toeren en in de etalages liggen chocoladeletters en pepernoten broederlijk (of zusterlijk?) naast kerstkransjes en kerststol. Je zou bijna vergeten dat er aan kerstmis een christelijk-religieuze betekenis ten grondslag ligt, alle liedjes over het kindje Jezus die je tot in de supermarkt achtervolgen ten spijt.
En dan nog: wat betekent Kerst voor de gelovige van vandaag die het oude verhaal ongeveer kan dromen? Valt er nog iets zinnigs over te zeggen, heeft dat verhaal van Jozef, Maria, het Kind, herders, koningen (of wijzen) en engelen ons 'anno-nu' nog iets te vertellen?
In het zoeken naar tenminste enkele antwoorden op die vraag koos publiciste Joke Forceville-van Rossum een originele benadering. 'Kertmis Anno-Nu' bestaat uit een aantal korte hoofdstukjes van hooguit vijf zes bladzijden elk, waarin de schrijfster steeds één van de figuren uit de kerststal sprekend opvoert, die ieder een hoogst persoonlijke kijk op het kerstgebeuren verwoorden.
Die heel verschillende invalshoeken boden de auteur een unieke gelegenheid om enerzijds de figuren opnieuw tot leven te laten komen, anderzijds om uiteenlopende facetten van het christelijke geloof in een ander licht of perspectief te plaatsen. Joke Forceville begiftigt haar personages dan ook met het vermogen om tegelijkertijd 'er bij' te zijn geweest en toch naar het gebeuren terug te kijken vanaf het heden.
Dat levert heel verfrissende inzichten op. Er wordt zogezegd nogal wat stof van de kerst-groep afgeblazen en in meerdere hoofdstukken toont de schrijfster aan dat onze beelden van Maria, Jozef en de anderen nogal vertekend zijn door tradities en dogma's. Maar als dat stof weggepoetst is blijven toch een aantal basiswaarden van het christelijke geloof recht overeind.
De auteur gaat kritische kanttekeningen over verschillende misstanden aangaande het geloof, zowel binnen als buiten de kerk, bepaald niet uit de weg, al schrijft zij er altijd uiterst zorgvuldig en met een dosis gezonde relativerende humor over.
Zo aarzelt zij niet, om een voorbeeld te noemen, om de herder die aan het woord komt, de lezer eraan te herinneren dat ook 'pastor' herder betekent en dat dit bepaald geen vrijblijvende 'titel' is, maar een bepaalde houding vergt. Dat die niet altijd in positieve zin goed uit de verf komt (en/of is gekomen) steekt Joke Forceville-van Rossum niet onder stoelen of banken.
Behalve de menselijke figuren uit de kerststal krijgen ook de dieren - bij monde van de auteur - de gelegenheid hun zegje te zeggen. Niet zo verwonderlijk, want luidt de legende niet dat elk jaar in de kerstnacht om precies twaalf uur de alle dieren kunnen spreken?
De opinies die de os, de ezel en het schaap te berde brengen, zijn overigens bepaald niet de minste in de bundel. Integendeel, als zij praten lijken ze beter dan de mensen in staat tot die verademende mengeling van ernst en luchtigheid. De beesten maken er duidelijk vaak minder een beestenboel van de mensen (in het algemeen bedoel ik dan).
Op speelse wijze laat de schrijfster de dieren dollen en spelen met de - al dan niet terechte - vooroordelen aangaande de eigenschappen die de mens hen toedicht (het 'domme' van de ezel, het 'sukkelige' van de os en het schaapachtige van het schaap, het schaap als kuddedier en uiteraard het zwarte schaap).
Het schaap wijst er nadrukkelijk op dat hij dan wel lid is van een groep, maar dat er geen sprake is van slaafse, laat staan blinde gehoorzaamheid. Hij beschouwt het deelhebben aan die groep op een bepaalde manier als een voorrecht dat samenhangt met begrippen als saamhorigheid en solidariteit, zo leg ik het verhaal van het dier uit. En zo heeft Joke Forceville-van Rossum nog een aantal bepaald originele overdenkingen voor de lezer.

Het boek eindigt met een tekst voor een kerkelijke gezinsviering van Kerstmis, waarin kinderen een groot en actief aandeel hebben. In de teksten zijn wel sporen van de overwegingen terug te vinden, maar ze zijn heel goed zelfstandig en zonder voorkennis van de voorgaande hoofdstukken te gebruiken.
Tenslotte verdienen de heldere lijntekeningen het om afzonderlijk genoemd te worden. Alle figuren uit de kerststal zijn bij 'hun eigen tekst' afgebeeld en met elkaar vormen zij de complete stal, zoals o.a. uit de tekening voor in het boek en op het omslag blijkt. En op de een of andere onverklaarbare manier roepen verschillende tekeningen (o.a. van de herder, de os en de 'liggende' koning) een glimlach op.
Voor iedereen die met kerstmis iets meer wil dan alleen het lichaam voeden van harte aanbevolen.

HARRY FLEURKE


©St. NoPapers

Terug naar overzicht