Pro Deo


70 minuten lang verkeerde ik in hogere sferen. Het Choir of Trinity College onder leiding van Richard Marlow wist deze gemoedstoestand op te wekken met geestelijke a cappella koormuziek van Francis Poulenc. Dat deze Franse componist zo verfrissend voor de kerk componeerde, is bij veel mensen onbekend. We kennen Poulenc van ongecompliceerde muziek als de liederencyclus "Le Bestiaire" en het ballet "Les biches". Poulencs ware muzikale aard komt in de koorwerken tot volle bloei. Allen die van koormuziek houden, kunnen met deze CD van Conifer Classics hun hart ophalen en telkens weer in de hemel verblijven. Poulenc is betrekkelijk laat begonnen met het componeren van kerkelijk repertoire. Een specifieke gebeurtenis heeft hem aangezet tot het componeren op liturgische grondslag. Zo verbleef Poulenc in 1936 in de Uzerche waar hij een soort werkvakantie hield. Samen met de zanger Pierre Bernac reed hij naar Rocamadour waar de graftombe van de zwarte maagd zich bevindt. Naar aanleiding van dit bezoek schreef Poulenc de "Litanies à la vierge noire" voor vrouwenkoor en orgel. De plotselinge terugkeer naar zijn lang verloren Katholieke geloof werd opgeroepen door de dood van een collega, Pierre-Octave Ferroud. Het inzicht dat het menselijk leven kort en fragiel is en het bezoek aan Rocamadour vormen volgens zijn eigen zeggen de ware inspriratiebron voor zijn geestelijke a cappella koorwerken.

De zwarte maagd is waarschijnlijk een overblijfsel uit de tijden van voor Christus. De Heilige Maagd Maria wordt in het christendom niet als zijnde zwart betiteld, maar wit, met maagdelijk blauw. De contradictie tussen het Katholieke geloof waarin de Maria verering een prominente plaats inneemt, en de zwarte maagd in Rocamadour is mijns inziens tekenend voor Poulencs geestelijke muziek. Poulenc heeft in alle koorwerken een specifieke eigen stijl. De prachtige, typische kippevel-melodieën worden omlijst door vreemde maar absoluut welluidende harmonieën. Het is echt ongelofelijk; de intensiteit, originaliteit en immense schoonheid van deze koorwerken. Telkens weer een verrassende wending, nergens een letterlijke herhaling, zeker niet doorsnee in de tekstzetting en in elk werk een onvergetelijke sereniteit die je ook in de motetten van J.S. Bach vindt. Waarschijnlijk is de vergelijking met Bach erg scheef, maar op de schaal van pure muzikale pracht scoort Poulenc net als Bach, bijzonder hoog. De mis in G is waarschijnlijk het meest bekende werk van zijn tamelijk onbekende oeuvre (wederom een contradictio). Vooral het prachtige homofone 'Agnus Dei' dat op een stille zondagmorgen iedereen tot het Katholicisme kan bekeren, is ongekend. Hoog en ijl klinkt daar een sopraan en laat weten dat het lam van God daadwerkelijk alle zonden van de wereld zal wegdragen. De "Quatre motets pour un temps de pénitence" (voor de vastentijd) zijn werkelijk staaltjes van vakmanschap. Het verloop van de verschillende stemmen is complex en voor zangers buitengewoon lastig. De Domcantorij van Utrecht heeft ze al enkele malen ten gehore gebracht op de gratis zaterdagmiddagconcerten in de Domkerk en ook in de kerkdiensten. Ook de Robert Shaw Festival Singers onder leiding van Robert Shaw hebben zich eraan gewaagd en hier ook een opname van gemaakt. Niet onverdienstelijk overigens en zeer gearticuleerd maar de opname van de Choir of Trinity College steekt met kop en schouders hierboven uit. Dit ligt gedeeltelijk aan de samenstelling van het koor. Alhoewel de toelichting op de CD hier niets over vermeld, vermoed ik dat er jongenssopranen meezingen waardoor een bijzonder strakke en ijle klank die vooral de mis in G nodig heeft, in alles doorklinkt. Ik kan over elk werk dat op deze CD staat de loftrompet steken, maar ik houd ermee op, ik ga luisteren.......

KATJA BROOIJMANS


©St. NoPapers

Terug naar overzicht