HYPNOSE

(hypnos = slaap) is het teweegbrengen van een toestand van kunstmatige slaap door psychische middelen, met als kenmerk een sterk verhoogde ontvankelijkheid voor suggesties. Het definiëren van hynose als een slaaptoestand is niet geheel juist. Het is eerder een toestand tussen slapen en waken in. Het is een veranderde bewustzijnstoestand, waarbij de meningen verschillen of er sprake is van een verlaagd of van een verhoogd bewustzijn. De suggesties van de hypnotiseur worden direct aan het onderbewustzijn doorgegeven. In het onderbewustzijn ligt het grootste deel van het geheugen opgeslagen en verder allerlei eigenschappen, neigingen en capaciteiten die normaal niet naar buiten komen. Door middel van hypnose kan men putten uit deze bron. De taak van de hypnotiseur is het toepassen van technieken om de cliënt te helpen zichzelf onder hypnose te brengen. Elke hypnose is in feite een zelfhypnose. De hypnotiseur wijst slechts de weg; dit doet hij met behulp van zijn stem.