Toen ik het ouderlijk huis verliet nam ik onder anderen een favoriet
schaaltje mee dat waarschijnlijk ouder is dan ikzelf. Onder een afbeelding
van een echtpaar konijn met zeven jongen staat te lezen 'In de liefde is
teveel nauwelijks genoeg'. Het is de enige uitzondering die ik ken ten
aanzien van 'teveel': meestal is dat niet goed, overdaad schaadt.
En dat geldt zeker voor Deze dag, deze man, dit kind..., een bundel met
eerder in Libelle verschenen 'stukjes', waarin 'Vrouwen vertellen over
gebeurtenissen die je (sic) leven veranderen'. Deze zestig dramatische
levensverhalen zijn teruggebracht tot veelal een kleine drie pagina's en
moeten mede daardoor absoluut in zeer kleine doses geconsumeerd worden,
omdat de lezer anders dezelfde afweermechanismen in werking stelt als wanneer
naar het journaal wordt gekeken of de krant gelezen.
De naam Tineke Beishuizen prijkt boven de titel op de kaft: de vrouwen
uit deze bundel spraken openhartig met haar over hun leven. Hoewel dat
nergens expliciet staat aangegeven mag men aannemen dat zij tevens de teksten
heeft geredigeerd en zich waarschijnlijk ook uitgebreid met de stijl heeft
bezig gehouden. Voor mijn gevoel heeft ze dat een beetje teveel gedaan,
want ik kan me niet voorstellen dat al deze vrouwen hun verhaal uit zichzelf
in een dergelijke 'matter of fact'-stijl zouden doen. De beperkte lengte
heeft daar uiteraard alles mee te maken, maar dat is de prijs die een papieren
medium betaalt voor rubrieken en dergelijke van een vast formaat.
Het beeld dat al deze Kleine Portretten van vrouwen geven, is er een van
het leven op zijn wreedst. Allerlei al dan niet onverwachte overlijdens
van kinderen, vaders, moeders, echtgenoten, vreselijke ziekten, ongelukken
en onmogelijke liefdes voeren de boventoon in vrijwel elk relaas. Het happy
end is hier de uitzondering.
De leeftijden van de vertelsters lopen sterk uiteen, verder wordt alleen
op één uitzondering na (een vergissing?) hun voornaam genoemd.
Toch heb ik me afgevraagd of daarmee genoeg anonimiteit gewaarborgd is:
je verhaal in Libelle is toch iets heel anders dan opeens in druk in de
boekhandel. Hoe dan ook, er is een factor die de meesten van deze vrouwen
bindt, en dat is een bijna onmenselijke kracht en blijmoedigheid. Slechts
zelden is er sprake van verzet of van gewoon berusting en dat terwijl de
verhalen er bepaald niet om liegen. Als lezer word je je zo pijnlijk bewust
van de waarde van een 'gewoon' leven. En zelfs als je zelf net wel een
of andere crisis hebt doorgemaakt, blijkt het altijd nog erger te kunnen.
Niet dat ik daarmee problemen van anderen zou willen bagatelliseren, maar
het kan in moeilijke situaties nog wel eens helpen na te gaan wat je hèbt
in plaats van te klagen over wat je niet (meer) hebt.
Klagen doet geen van deze vrouwen eigenlijk, al zijn bijvoorbeeld de feiten
in het verhaal van de Nederlandse vrouw, wier echtgenoot werd vermoord
tijdens een vakantie toen in voormalig Joegoslavië de oorlog net was
uitgebroken, hartverscheurend en schokkend genoeg om als lezer intens begaan
te zijn met haar lot.
Deze portretten zullen waarschijnlijk inderdaad veel vrouwen een gevoel
van herkenning geven, zoals op de achterflap wordt gesuggereerd. Maar waarom
zouden alleen vrouwen zich aangesproken voelen? Dat lijkt een nogal bekrompen
visie, alsof de emotionele beleving van vrouwen van ingrijpende zaken zo
verschillend zou zijn van die van mannen, dat ze deze de laatsten niet
zouden raken. Sorry, Libelle mag dan officieel een damesblad zijn, maar
er zijn zeker ook mannelijke lezers. En juist nu deze verhalen gebundeld
verschijnen, zou de uitgever/flaptekstschrijver (m/v) zich op een grotere
markt hebben kunnen richten. En de tolerantie tegenover zo'n geconcentreerde
hoeveelheid kommer en kwel kan tussen de beide geslachten toch niet ver
uiteenlopen. Niet ver genoeg althans, om a priori al bijna de helft van
het potentiële publiek uit te sluiten.
UIT HET LEVEN GEGREPEN
De doelgroep is dus duidelijk: vrouwen. De verhalen zijn uit hun
levens gegrepen: slechte huwelijken, wel of niet scheiden, wel of niet
werken èn een kind, wel of niet (weer) samenwonen, overspannen echtgenoten,
een relatie met een priester, kind afgestaan, kind adopteren, een zoon
die Unifil-soldaat wordt, een dochter die door een getrouwde geliefde aan
het lijntje gehouden wordt, alcoholisme etc. etc. Dit naast de al genoemde
sterfgevallen, soms nog te genezen ziektes en altijd onwelkome ongelukken.
Een vreemd buitenbeentje in deze context is het verhaal van de Oranje-fan,
die in de oorlog troost vond in het horen van de stem van Koningin Wilhelmina
via de Engelse radio. Evengoed roerend natuurlijk, maar nauwelijks een
partij voor de overige verhalen. Verdriet en soms ook geluk in alle soorten
en maten.
Wat ik in Deze dag, deze man, dit kind... met name mis is structuur. Om
te beginnen zit er geen logica in de volgorde. Is die chronologisch naar
publikatie-datum? Er zijn kansen gemist bij de ordening. Zou het niet heel
hoopgevend geweest zijn om met eerder genoemd Joegoslavië-verhaal
te openen en de cirkel rond te maken door te besluiten met het titelverhaal,
van een Joegoslavische vluchtelinge in Nederland die elke dag koestert
dat ze haar kind en man bij zich heeft? Het Unifil-stuk hoort daar dan
nog ergens tussenin. Beide priesterverhalen hadden op elkaar kunnen volgen:
opnieuw met het hoopgevende, waarin de priester zijn ambt vaarwel zegt
en voor zijn (ge)liefde kiest, als laatste. En waarom staan er twee vergelijkbare
geschiedenissen over gokverslaafde zonen in? Verder is er geen inhoudsopgave
en dat is knap lastig bij vijf dozijn stukken.
Ondanks alle bovenstaande kritiek kan ik me heel goed voorstellen dat mensen in moeilijke al dan niet vergelijkbare situaties steun kunnen vinden in dit in alle opzichten menselijk boek, dat zicht geeft op een scala van emoties, of juist het ontbreken daarvan. Advies aan toekomstige lezers blijft dat matigheid een schoon goed is. Misschien is de oorspronkelijke frequentie van een stukje per week nog zo gek niet. Dan heeft men meer dan een jaar leesplezier (nou ja...) voor nog geen twee tientjes.
PRISKA FRANK