Een vriend van mij maakt schitterende schilderijen.
Vind ik.
En vindt hij zelf ook.
Wat ik er vooral zo mooi aan vind, is hoe ze ontstaan.
Heel intuïtief en impulsief.
Daar was hij zelf ook nogal van ondersteboven.
Maar dat beviel hem gaandeweg steeds minder.
Hij was dagen na een 'schilderexplosie' nog bezig met bijkomen en maandenlang druk doende met proberen te begrijpen wat hij had gemaakt.
Dat is telkens zeer speciaal, vind ik.
Het speciale vind ik dat de zeggingskracht kennelijk universeel is.
Laat een schilderij van mijn vriend aan tien mensen zien, en ze krijgen alle tien een associatie met een gebeurtenis uit hun leven.
Tien verschillende gebeurtenissen. Maar leg die op de weegschaal van bewustzijnsgroei en de kern van de gebeurtenis blijkt bij alle tien de mensen een vergelijkbare levensles te bevatten.
Zijn spontaan geschilderde doeken hebben nog meer aparte bij-effecten. Zo blijkt dat als je met de dia's ervan gaat stoeien en origineel en spiegelbeeld over elkaar heen projecteert er een nieuwe
voorstelling ontstaat.
Dat op zich is natuurlijk nog niet zo speciaal, maar die voorstellingen hebben met elkaar gemeen dat je telkens het gevoel krijgt oog in oog te staan met de een of andere entiteit, die zich bij 'toeval' via mijn vriends schildering aan de gewone nietige stoffelijke mens kenbaar maakt.
Toch staat mijn vriend met beide benen op de grond. Sterker nog, kosmisch bewustzijn is iets wat voor hem grotendeels aan zijn creatieve explosies verbonden is.
Dat was ook precies zijn moeilijkheid. Dit jaar heeft hij geprobeerd zijn schilderijen minder explosief te laten ontstaan.
Deze week kwam hij uiterst tevreden de dia's van zijn nieuwe creaties laten zien. Tevreden omdat het weer zo mooi geworden was, maar vooral tevreden omdat het gefaseerd eraan werken nu heeft voorkomen dat hij nog zelf via zijn schilderijen moet leren wat de zeggingskracht ervan is etc.
Hij wist nu ineens zeker: deze panelen gingen over het spanningsveld tussen het mannelijke en vrouwelijke in de mens. En die kern zat in al zijn werk.
Hij had nog een ontdekking gedaan: vrouwen hebben een direct contact met de kosmos en zijn eigenlijk de enigen die echt kunnen scheppen.
Arme mannen, ze hollen zich uit de naad om toch ook te kunnen scheppen.
En zo scheppen de mannen veel nuttige maar ook milieuonvriendelijke troep, en zelfs volslagen overbodige produkten, vulde ik aan.
We waagden ons zelfs nog even aan uitspraken over vrouwelijke en mannelijke kunstenaars. Dat vrouwen eerder materieel gerichte onderwerpen zouden kiezen en mannen juist proberen het kosmische in hun kunst te benaderen.
Even dacht ik die stelling te kunnen bewijzen met het gebruik van materialen op doeken, maar het enige wat je met enige zekerheid kunt vaststellen, is dat vrouwen eeuwenlang tevreden waren met praktisch gerichte creatieve uitingen, zoals een mini-kantkloswerkje op een bloes etc.
Toch heeft ie wel een beetje gelijk, mijn vriend.
"Ik wou dat ik een vrouw was," zei hij vandaag. "Hoefde ik me ook niet zo druk te maken over betaald werk. Kon ik gewoon het huishouden doen en daarnaast schilderen."
Zijn er daarom steeds meer vrouwelijke kunstenaars? Omdat die makkelijker onbezoldigde bezigheden met de kunsten kunnen combineren?
Eén troost voor de mannen; de bijstandsuitkeringen voor vrouwen met en zonder kinderen staan net zo op scherp als voor mannen.
De sollicitatieplicht wordt eindelijk ook geëmancipeerd.
Kunstenaar of geen kunstenaar.
Maar voor de kunstenaar, man of vrouw, zijn de veranderde opvattingen over uitkeringen natuurlijk helemaal niet gunstig.
De maatschappelijke gelijkstelling tussen een academicus en een kunstenaar m.b.t. de sollicitatieplicht lijkt me vooral wat de (mannelijke) kunstenaars betreft, een forse verarming van ons culturele klimaat.